De leerlingenraad zit goed bij kas en beslist om met het geld iets te organiseren voor de leerlingen. Alle scholieren mogen een voorstel doen. Iedereen heeft een verschillend idee. Soekie vindt alle ideeën goed, maar ze kan er slechts één kiezen. Ze heeft keuzestress en kan geen beslissing nemen, waardoor alle leerlingen zich tegen haar keren.