Jeroen Krabbé reist naar Corsica, daar waar de verliefdheid tussen de pasgetrouwden Matisse en Amélie hoogtij vierde. Maar alle vrolijkheid brengt nog geen succes. Ze zijn straatarm. Matisse verpandt de trouwring van de zwangere Amélie om er vervolgens een opgezette, blauwe vlinder voor te kopen. Als door een groot schandaal in 1902 de inkomsten van Amélie ook stoppen, moeten ze voor hulp bij zijn vader aankloppen.